vrijdag 9 maart 2012

kwispel

Ik stap elke avond over een beek en kijk omhoog naar de wolken. Ik denk dan na over Jezus. Zijn kruis, zijn ingewanden, zijn holbaard. Ik huil soms. Van verdriet of totale leegte. Van zinloosheid of diepe pijn. Pijn aan de ballen of aan de neus. Mijn ballen hebben hun werk al gedaan. Ik heb twee kinderen. Een dochter en een zoon. Prachtkinderen, wonderen der natuur. Lief en zorgzaam. Goed opgevoed.

Hun mama, mijn vriendin, wordt in augustus mijn vrouw. Waarom trouwen jullie eigenlijk, vroeg haar moeder onlangs. Ik stond even met mijn mond vol tanden. Van mijn schoonmoeder had ik zo'n vraag niet verwacht. Wat moest ik antwoorden? Omdat we elkaar graag zien? Omdat we onze liefde willen delen met al wie ons dierbaar is? Omdat mijn zussen ook al getrouwd zijn en er massa's geld aan overgehouden hebben?

Mijn zussen, wie zal hen redden? Hun echtgenoten zijn vooral met hun carrière bezig. Hun vader is bezeten door biljart. Hun moeder heeft meer last van kwaaltjes dan van haar biljartende man. Hun vrienden zijn op één hand te tellen. En ik, ik sta er ook maar bij en kijk ernaar. Ben ik een waardige broer? Vriend? Zoon? Man? Papa?

Natuurlijk, denk ik dan bij mezelf, starend naar de maan die door de wolken schijnt. Ik ben fantastisch. De coolste man die ik ken. Altijd paraat om iemand uit de nood te helpen, te troosten of goede raad te geven. Bij mij kan je je diepste geheimen kwijt en je meest banale gedachtegangen. Bij mij kan je thee krijgen, koffie of gin-tonic. Ik ben Maarten, hier aan de beek. Je herkent me aan m'n tranen.